Willem Snijders heeft als stottertherapeut meer dan 25 jaar ervaring in het onderzoeken en behandelen van stotterproblemen.
Wat is stotteren?
Stotteren is een storing in de ontwikkeling van de spraak, we spreken hier van een neuromusculair programmeerprobleem (neuromusculair = de zenuwen en de spieren). Spreken is een complexe vaardigheid. Gedachten, ideeën of gevoelens dienen omgezet te worden in taal, in woorden en zinnen. Deze taal wordt omgezet in spraakbewegingen.
Alle spieren (meer dan 100) die het spreken mogelijk maken moeten precies de goede bewegingen maken, precies de juiste snelheid en kracht hebben. En dit allemaal op het goede moment. Dit vereist een grote mate van coördinatie en timing. Het is dus niet zo verwonderlijk dat dit bij jonge kinderen niet altijd goed lukt. Je ziet dan dat ze een klank of een stukje van een woord herhalen. Of de klank wordt langer aangehouden dan nodig is.
Wanneer gaat een kind
stotteren?
Bij ongeveer 5% van alle kinderen treden stotterverschijnselen op. Bij 50 - 80% van de kinderen die op peuter en kleuterleeftijd haperen, verdwijnt dit vanzelf weer op het moment dat ze hun
'spraakapparaat' beter kunnen besturen.
Stotteren ontstaat meestal geleidelijk tussen het tweede en vijfde levensjaar, in een periode dat de spraak en taal zich ontwikkelt en dat de communicatieve vaardigheden verworven worden. De twee toppen van het beginnen stotteren liggen tussen de 5 en 7 jaar en tussen de 12 en 14 jaar. Hoe vroeger in de ontwikkeling het stotteren optreedt, hoe meer kans dat het stotteren chronisch wordt.
Ruim de helft van alle kinderen met stottergedrag herstelt zonder professionele hulp voor het 10e levensjaar.
Kijk voor meer informatie op de onderstaande sites